Oplossingen berekenen I Oefenen met Uitleg + Formule
In het werkveld van verpleegkundige zijn niet alleen infusen, tabletten en inhalatiemedicatie
aan de orde van de dag. Ook moet je verschillende oplossingen maken aan de hand van
verdunningen. Hiervoor komt jouw rekenkundig vermogen om de hoek kijken. Tijdens jouw
opleiding krijg je daarom te maken met het vak medisch rekenen, waarbij oplossingen
berekenen een vast onderdeel is. Om jezelf zo goed mogelijk voor te bereiden op de toets
van medisch rekenen kun je onderstaande informatie doornemen en zoveel mogelijk gaan
oefenen om de rekenregels onder de knie te krijgen.
Inhoudsopgave
Wat is oplossingen berekenen?
Hoe kun je oplossingen berekenen?
Voorbereiden op oplossingen berekenen
Wat is oplossingen berekenen?
Wanneer jouw patiënt bepaalde vloeibare medicijnen nodig heeft, is het niet altijd
vanzelfsprekend dat dit kant-en-klaar voor je klaarstaat. Je moet dan de juiste dosis nog
toedienen. Dit kun je alleen doen wanneer je de oplossingen berekenen gaat. Hiervoor moet
je goed weten welke aanduidingen er gegeven kunnen worden aan de verschillende
medicijnen. In de meeste gevallen wordt er bij een oplossing gekeken naar het aantal
milligram van een bepaalde stof per milliliter. Het kan echter ook milliliter naar milliliter zijn.
Bij oplossingen berekenen draait het voornamelijk om de verhoudingen van een bepaalde
stof in een andere stof. Dit wordt ook wel een concentratie genoemd. Deze wordt vaak in
procenten aangegeven. Echter moet je bij een oplossing voornamelijk werken met milliliters,
omdat je tot een bepaald aantal milliliters medicijn moet komen wat toegediend moet
worden. Hiervoor kijk je naar verschillende zaken. Als eerste reken je uit hoeveel milligram
of milliliter je van een stof in de gewenste concentratie nodig hebt, waarna je uitrekent
hoeveel milliliter dit is van de beschikbare oplossing. Uiteindelijk kun je de hoeveelheid die
hieruit komt aanvullen tot de gevraagde hoeveelheid.
Hoe kun je oplossingen berekenen?
Bij oplossingen berekenen ga je dus uit van een aantal stappen. Je weet immers niet alleen
hoeveel milliliter er beschikbaar is van een oplossing, maar ook welke hoeveelheid dit
uiteindelijk moet gaan worden bij een verdunning. Door alle berekeningen naar behoren te
maken, kun je ervoor zorgen dat de patiënt de juiste hoeveelheid toegediend krijgt. We gaan
daarom aan de hand van voorbeelden laten zien hoe je het beste kunt beginnen met het
berekenen van oplossingen.
Op de afdeling waar jij werkzaam bent is een oplossing van 10 procent aanwezig. Je hebt 500
mL nog van 3 procent. Hoe ga je deze verdunnen?
Je kunt hier een tabel van maken, waarbij je als eerste opschrijft hoeveel je nodig hebt. Dit is
3 procent. Daarna schrijf je grammen op de bovenste rij en het aantal milliliters op de
onderste. Je weet dat er 500 mL nodig is, welke je in het tweede vakje van de tabel schrijft.
De 3 schrijf je op de bovenste rij in het eerste vakje. De 3 gram zit in 100 mL. Om hier 500
van te maken, vermenigvuldig je het met 5. Daarom moet je de 100 ook vermenigvuldigen
met 5. Je hebt dus 15 gram nodig om met de verdunning te starten. Daarna ga je een tweede tabel maken, waarin je bij het aantal grammen de 10 en de 15 invult. Op de
onderste rij vul je de 100 mL in onder de 10 gram. Om hier 15 van te maken heb je nog 50
mL nodig. Je moet dus 150 mL nemen en dit aanvullen tot 500 mL.
Meneer Peters is na een bedrijfsongeval op de eerste hulp beland. Hij heeft een grote wond
aan zijn been en om ontstekingen te kunnen voorkomen wordt de wond preventief
gereinigd met Citonol van 6%. Je hebt 1 liter Citonol van 4,5% nodig. Hoeveel mL van de
oplossing moet je gebruiken om de wond doeltreffend te reinigen?
Ook hier moet je eerst kijken naar wat je nodig hebt. De 4,5 procent per 100 mL kun je
hiervoor vermenigvuldigen met 10. Hierdoor krijg je 45 gram per liter. Door daarna een tabel
te maken met wat er aanwezig is en hierbij de gegevens in te vullen, kun je bekijken hoeveel
keer 6 gram in 45 past. Dit is 7,5 keer. Daarom moet je ook 100 mL x 7,5 doen. Waaruit 750
komt. Je hebt dus 750 mL nodig om tot de gewenste oplossing te komen.
Voorbereiden op oplossingen berekenen
Wanneer je oplossingen berekenen moet, kun je jezelf hier het beste zo goed mogelijk voor
voorbereiden. Dit begint al bij de basisregels van het rekenen. Aan het begin van het vak
medisch rekenen heb je opnieuw kennis gemaakt met deze basisregels. Het is van belang dat
je deze voor jezelf blijft herhalen, zodat je de algemene kennis goed in je hoofd hebt zitten.
Alleen met deze basisregels kun je namelijk tot de juiste oplossing komen. Maak daarom
zoveel mogelijk oefeningen van deze basisregels, zodat deze vers in jouw geheugen zitten
wanneer je aan de oplossingen begint.
Als je er zeker van bent dat je de basisregels kent, kun je de oplossingen berekenen.
Hiervoor zijn veel verschillende oefeningen te vinden. De oefeningen variëren van eenvoudig
naar lastiger. Het is belangrijk dat je niet alleen de eenvoudige opdrachten gaat maken,
maar jezelf ook blijft uitdagen. Hoe moeilijkere vragen je immers kunt beantwoorden tijdens
het oefenen, hoe beter het zal gaan op de uiteindelijke toets. Je gaat merken dat je steeds
beter begrijpt wat je moet gaan doen en dat de vragen steeds sneller beantwoord zijn.
Vergeet hierbij ook niet om de andere concentraties te oefenen. Je hebt namelijk niet alleen
de oplossingen, maar ook de verschillende stoffen in medicijnen. Deze staan in veel gevallen
aangegeven in procenten, maar kunnen ook in Mol of mmol aangegeven worden. Ook deze
vragen worden gesteld tijdens dit onderdeel van medisch rekenen, waardoor het niet alleen
bij oplossingen berekenen blijft. Het is daarom goed om je niet continu op een onderdeel
moet concentreren, maar verder moet kijken. De toets bestaat immers uit meer onderdelen
en je moet uiteindelijk een algemene score behalen die een voldoende of hoger is om jouw
diploma in ontvangst te mogen nemen.